Kyo en Jitsu

Kyo en jitsu

Kyo en jitsu ofwel leeg en vol.

Als je de oefeningen uitvoert zul je merken dat je niet beide kanten als hetzelfde ervaart. De ene kant kan stijf aanvoelen, de andere kant soepel.

De stijve kant wordt Jitsu genoemd. Dit kun je vertalen met ‘vol’ of ‘gespannen’. Deze kant heeft relatief gezien te veel energie en is daardoor hard en niet zo flexibel.

De soepele kant wordt aangeduid met kyo. Wat ‘uitgeput’, ‘leeg’ of ‘krachteloos’ betekent. Deze zijde heeft juist weinig energie.

Kyo en jitsu kun je daarom zien als plekken in het lichaam die relatief yin (vrouwelijk) of juist relatief yang (mannelijk) zijn. De plekken die kyo (leeg) zijn zijn vaak zacht en ingedeukt. De plekken die jitsu (vol) zijn steken vaak uit en zijn hard.

Dit wordt door Masunaga, shiatsutherapeut, als volgt verbeeld:

Jitsu  vol; gespannen; teveel energie; hard; stijf

Kyo  leeg; krachteloos; weinig energie; zacht; soepel

Gebieden die jitsu zijn, zoals hard gespannen schouders, vallen op door de warmte, spanning of de uitstulping. Het is echter belangrijk om te beseffen dat niet de plekken die jitsu zijn maar juist de plekken die kyo zijn, de oorzaak zijn van de klacht.

Wanneer je merkt dat er bij een oefening duidelijk verschil is tussen de ene of de andere kant, begin dan altijd met de kyo-kant (leeg), dus de kant die het gemakkelijkst gaat. Daarna voer je de oefening aan de jitsu-kant (vol) uit. Zo stimuleer je het lichaam om het overschot aan energie vanuit de jitsu-kant te herverdelen. Zo ontstaat er meer evenwicht en zal er uiteindelijk nauwelijks of geen verschil meer zijn tussen links en recht, voor en achter.

Omdat het lichaam zelf ook altijd streeft naar evenwicht, zul je merken dat je vrijwel altijd intuïtief het eerst voor de kyo-kant (leeg) kiest.